× ABONNEREN

Serie: Medicamenten en mondzorg. Bijwerkingen van medicijnen: de ‘Big Five’ van de verminderde botgenezing

DOI: 10.5177/ntvt.2020.01.19068 Bladzijden: 19-27

Onderzoek en wetenschap

Tandartsen kennen een uitdaging in het herkennen van de patiënt met botmodulerende medicatie. Patiënten vermelden niet altijd welke medicatie zij gebruiken of hebben gebruikt, terwijl het effect op het bot nog
lang na staken van de medicatie aanwezig kan zijn. Patiënten kunnen vaak wel goed aangeven welke ziekte(n) ze hebben en bepaalde ziekten moeten tot alertheid leiden bij tandartsen. Patiënten die als de Big Five-gebruikers van botmodulerende medicatie kunnen worden gerekend zijn: 1. patiënten met osteoporose, 2. patiënten die langdurig corticosteroïden gebruiken, 3. patiënten met solide tumoren, 4. patiënten met de ziekte van Kahler en 5. patiënten met aangeboren of erfelijke botziekten. Bovenstaande patiëntengroepen hebben een indicatie voor botmodulerende medicatie. Dit zijn antiresorptieve medicatie (zoals bisfosfonaten en denosumab) of antiangiogene medicatie. Door de juiste patiëntengroep te herkennen kunnen tandartsen gericht vragen naar gebruikte medicatie in heden of verleden. Patiënten met een risico op
medicatiegerelateerde osteonecrose kunnen volgens deze systematiek door een tandarts geïdentificeerd worden.

Medicaments and oral healthcare. Adverse effects of medicaments: the ‘Big Five’ of bone healing

For dentists it can be challenge to recognise patients wit bone-modulating medications. Patients do not always mention which medications they use or have used, while the effect on the bone can still be present long after patients have stopped taking the medication. Patients are often able to report accurately what disorder(s) they have and certain disorders should cause dentists to be alert. Patients who can be defined as the Big Five users of bone-modulating medicaments are: 1. patients with osteoporosis, 2. patients who have been long-term users of glucocorticoids, 3. patients with solid tumours, 4. patients with multiple myeloma and 5. patients with congenital or hereditary bone disorders. These patient groups have an indication for bone-modulating medicaments. These are anti-resorptive medications (such as bisphosphonates and denosumab) or anti-angiogenic medications. By recognising the correct patient group, dentists can ask appropriate questions about the use of medicaments in the present or in the past. A dentist can recognise patients with a risk of medication-related osteonecrosis by using this method.

Winkelmandje

Er zitten geen programma's in het winkelmandje