Onbehandelde cariës in melkmolaren leidt in een aantal gevallen tot pulpaontstekingen waardoor gekozen wordt voor extractie ervan. Het doel van dit 3-jarige klinisch longitudinale onderzoek was het effect na te gaan van pulpaontstekingen en extractie van melkmolaren op hun opvolgers in relatie tot aanwezige glazuurontwikkelingsstoornissen en de oplijning van premolaren in de tandboog.
Op openbare scholen werden kinderen geselecteerd met ten minste 1 geërupteerde premolaar, waarbij de voorganger bij aanvang van het onderzoek of tijdens de 6-maandelijkse follow-up een pulpaontsteking had. Bij 44 kinderen in de leeftijd 4-7 jaar (7,05 sd ± 1,22) werden 208 premolaren onderzocht op glazuurontwikkelingsstoornissen en de oplijning in de kaak. Er werd onderscheid gemaakt tussen extracties voor (E < 8) of na de leeftijd van 8 jaar (E ≥ 8) en de aanwezigheid van een pulpaontsteking voor (P < 7) of na de leeftijd van 7 jaar (p ≥ 7). Een logistieke regressieanalyse werd uitgevoerd en de odds-ratio berekend. Een slechte oplijning werd vaker gezien bij kinderen jonger 8 jaar vergeleken met extracties bij kinderen E ≥ 8 (OR = 2,85; p = 0,03). Voor de groep E < 8 was de kans op een slechte oplijning van de premolaren driemaal zo groot als voor de groep E ≥ 8 . Er was geen significant verschil in de glazuurontwikkelingsstoornissen tussen de groep P < 7 en P ≥ 7.
Conclusie. Een slechte oplijning in de tandboog van de premolaren vond vaker plaats wanneer de voorafgaande melkmolaren voor het achtste levensjaar werden geëxtraheerd.
Meer lezen? Log in of word abonnee
Auteur(s) | D.L. Gambon |
---|---|
Rubriek | Excerpten |
Publicatiedatum | 6 maart 2020 |
Editie | Ned Tijdschr Tandheelkd - Jaargang 127 - editie 3 - maart 2020; 203-204 |